Walvissen op Niue

Afscheid van Maupiha’a was bitterzoet: het was fijn om weer in beweging te komen en we wilden graag naar Niue, maar moeilijk om het paradijs te verlaten. De laatste avond hebben we bij Hina thuis een onvervalste Bonte Avond gehad; vanaf het moment dat ze doorhad dat ik ukulele kon spelen mocht er alleen nog maar gezongen en gespeeld worden en als er tussen de liedjes door gekletst werd maakte ze daar korte metten mee. Vrouw naar m’n hart. De volgende ochtend kwamen zij en Opupu alle boten in de baai langs om vis te brengen als afscheidscadeau. De meeste, zo niet alle, van de ongeveer 10 boten die zich inmiddels in de baai hadden verzameld zouden uitvaren, omdat de heftige wind van de laatste twee weken eindelijk was gaan liggen.

 

Daarvoor in de plaats kwamen afwisselend windstiltes en buien. Niet ideaal, maar de gebruikelijke constante passaatwind laat ons dit jaar een beetje in de steek – misschien omdat el niño en la niña dit keer zo dicht op elkaar zitten – dus een beter weervenster voor een oversteek van 950 mijl was er niet. Met hulp van onze walkapiteins lukte het gelukkig aardig om tussen de buien door te laveren en langs de bui wel de wind maar niet de ergste regen op te pikken. 950 mijl; feitelijk een van onze langste oversteken, maar ik kan oprecht zeggen dat we inmiddels zo gewend zijn dat het normaal voelt. Sirena doet het zware werk, terwijl wij vooral bezig zijn onszelf overeind te houden (want ook nu weer waren de golven kort, hoog en van achteren). En als de wind dan net even wat gunstiger inkomt en de buien opdrogen, zoals de laatste twee dagen, kunnen we zelfs een spelletje spelen in de kuip, of wat uitgebreider koken. Ik weet nog wel dat we dagen aan het voorbereiden waren als we op vakantie een nacht over de Noordzee moesten. Maar eerlijk is eerlijk, een nachtje doorzeilen is een stuk makkelijker als je helemaal niks en niemand tegenkomt.

 

Niue is het kleinste zelfstandig bestuurde land ter wereld; hoewel ze in veel afhankelijk zijn van Nieuw Zeeland en andere buurlanden. Om een beeld te geven: zowel de telefoonnummers als de nummerborden bestaan uit vier cijfers. Wat ik zelf een heel leuk feitje vind, is dat van Niue de .nu-domeinnaam komt, die populair werd toen de .nl-namen op begonnen te raken. Ik wist wel dat dat van een ‘eilandje ergens in de Stille Oceaan’ kwam, maar dat eiland bestaat dus echt, we kunnen het nu aanraken! Landen op Niue is een belevenis op zich. De kade is heel hoog en het deint er soms flink, dus de normale gang van zaken is dat je je bijboot uit het water tilt met de kraan op de kade. Er staat een karretje klaar waar je hem op kan takelen en dan rij je je bootje naar één van de vakken op het parkeerterrein. Het is eigenlijk het perfecte symbool voor dit eiland: het is allemaal goed geregeld, maar niet aangeharkt. De prachtige grotten en spelonken zijn bijvoorbeeld ook extreem goed aangegeven maar vaak avontuurlijk om er te komen. Het eiland is heel plat – na de eerste paar meter vanaf zeeniveau omhoog – en er ligt een goeie weg, dus we hebben zowaar gefietst! Op een druilerige dag; het was net of we weer in Nederland waren, behalve dat we midden door de jungle fietsten. De mensen zijn ongelooflijk vriendelijk en de koffie is om de een of andere reden overal fenomenaal.

 

Maar het meest bijzondere van Niue zijn de walvissen, die hier soms in de luwte van het eiland komen liggen tijdens hun jaarlijkse trektocht. Er liggen nu bijna elke dag wel een of meer walvissen, soms met een kalfje, gewoon op honderd meter van de boot. Ze duiken soms even onder waardoor je de mooie staart ziet, of ze blazen van die pluimen, maar ze liggen ook vaak gewoon een beetje te liggen. Onder water hoor je ze heel goed, ook als je ze niet ziet. Een soort spookachtige piepende deur, die van alle kanten lijkt te komen, prachtig. Vandaag waren ze zelfs zo dichtbij dat we ze binnen hoorden en we zagen twee grote ruggen een paar meter achter de boot. Het is dat ik niet kan kiezen, maar anders was dit het hoogtepunt van de reis.