-
Tijd in de Tuamotus
Ankeren in een atol is echt een feestje. Het water is zo helder dat je vanaf 20 meter diepte al kan scouten naar een goeie zandplek op de bodem om het anker op te leggen, en de paar honderd meter brede strook palmstrand en koraal die je van de oceaan scheidt zorgt ervoor dat je zelfs met harde wind op heerlijk vlak water ligt; om van de overdaad aan verse kokosnoten nog maar te zwijgen. Er zijn zelfs slingers op het feestje, want we ‘versieren’ de ankerketting met stootwillen, zodat ie een beetje boven de grond drijft en niet verstrikt raakt in de koraalclusters waarmee de bodem bezaaid is. Als…
-
Naar het zuiden voor orkaanseizoen: Sint Maarten tot Bequia
In de zomer kunnen door de opwarming van zeewater tropische stormen en orkanen ontstaan. Daarom willen we op tijd in het zuiden van de Caribische zee zijn, waar de kans op een orkaan heel veel kleiner is dan in het noorden. De grens ligt (volgens de verzekering) bij het eiland Bequia. Dus op naar het zuiden! Sint Maarten is een punt waar veel Europese boten zich klaarmaken de Atlantische Oceaan op te varen, terug naar huis. Het ligt er daardoor gezellig vol en er is altijd wel iemand in voor een kop koffie of een spelletje. Maar voor ons betekende het vooral: afscheid. Want als al die boten met…
-
SXM (Sint Maarten)
Er zijn niet veel dingen zo magisch als vanuit je bed zo het water in duiken en tussen de vissen snorkelen. Maar die vissen ook lange tijd onder water van dichtbij kunnen bekijken leek ons al helemaal gaaf. Daarom wilden we graag leren ‘freediven’, en dat is gelukt op St. Martin/Maarten! Bij freediven leer je duiken met alleen je eigen longen als tank. Onze instructeur Florian, een sympathieke Franse ex-marinier, leerde ons de fijne kneepjes van het ademen en vooral ontspannen. De les begon bij hem thuis op een yogamatje, waar we zo lang mogelijk onze adem in moesten houden als referentiekader. Dat lukte ons allebei zo’n twee minuten. Na…
-
Nederland! (Statia & Saba)
Sint Eustatius – of ‘Statia’ – is net als Saba en Bonaire een bijzondere gemeente van Nederland. Maar behalve de ambtenaren is niets overduidelijk Nederlands. Toch vingen we soms een glimp van herkenning op. In de vorm van een straatnaam, de voordeur die mijn oma ook had, het logo van de bieb, of een typisch Nederlandse stoeptegel. Wel voel je op het eiland de koloniale geschiedenis duidelijk, door de goed geconserveerde forten en huizen uit die tijd of benamingen als ‘het slavenpad’. In de gouden eeuw kon met de Nederlanders vrij gehandeld worden, omdat de Fransen, Engelsen en Spanjaarden op dat moment met hen – in tegenstelling tot met elkaar…